Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En allen [4]dezelfde [5]geestelijke spijs gegeten hebben; 4. Namelijk in de tekenen, of, die een zelfde zaak betekenden, en dat niet alleen met elkander, maar ook met ons, hetwelk daaruit blijkt, dat Paulus hier den naam van den doop gebruikt, en hierna zegt dat de steenrots was Christus, en omdat anderszins de sluitreden van Paulus niet vast zou zijn, ten ware zij enerlei spijs in de betekenis met ons hadden gegeten. 5. Namelijk het manna, hetwelk een geestelijke spijs genaamd wordt, omdat het den Israelieten diende niet alleen tot een lichamelijk voedsel, maar ook om te zijn tot een buitengewoon teken van Christus' vlees, en derhalve een geestelijke beduiding op Christus had, gelijk Christus in het brede verklaart, Joh.6, en gelijk hierna, om dezelfde reden, de steenrots geestelijk genaamd wordt.